We stonden buiten de supermarkt te wachten op de laatste paar reisgenoten die net terug gekomen waren met een coffee to go. We konden vertrekken, toen een wat oudere ietwat slonzige man ons benaderde. Hij begon tegen ons aan te praten in een taal, waarvan hij dacht dat we die wel konden verstaan. We probeerden duidelijk te maken dat we geen geld wilden geven.
Tot het begon te dagen, dat hij ons iets te drinken aanbood in het naastgelegen cafeetje. Omdat iedereen net klaar was om te vertrekken, hadden, in de eerste instantie, niet veel mensen hier zin in. Maar hij was heel uitnodigend en vastbesloten ons te trakteren.
We waren onder de indruk van de verkeerde indruk die we van hem hadden. In plaats van ons wilde gaf hij het aan ons uit.
Binnen, nadat we allemaal een drankje hadden, stapten we op hem af en vroegen hem waarom hij zo vrijgevig naar ons was.
Gelukkig was er een wat jongere man, die een beetje Duits sprak. Via hem communiceerden we en begrepen we dat onze vriend het leuk vond om jonge mensen in de kroeg te hebben en vroeg ons waar wij vandaan kwamen.
“Hollandia! AJAX!” Hij begon meteen over de finale in een bepaald jaar, waarin de scheids, volgens hem, is omgekocht door het Duitse team. Na de wedstrijd had hij gehuild. Waarom hij van Ajax hield? Hij houdt van álle goede voetballers. Zelf heeft hij ook gevoetbald.
Toen we weg gingen, schudde iedereen hem de hand, subtiel hadden we allemaal de les meegekregen dat de eerste indruk, er zeker ook naast kan zitten.
Door: Nynke en Gosse