Tenzin Boswijk

Student Vrije Hogeschool

deinend gelukkig

 

ik opende honderden gelukskoekjes

plukte tientallen klavertjesdrie

droeg een foto van een hazenpoot in mijn portemonnee

gaf al mijn dubbeltjes aan fonteinen

belemmerde het gewicht van mijn tas met eindeloze hoeveelheid hoefijzers

gooide mijn mooiste servies kapot

zoutte alles wat achter mij lag

maakte mijn knokkels bond en blauw op hout

tevergeefs

kwamen na al de pieken weer dalen

en na al de dalen weer pieken