De donkere wolken er af schrapen als behang
en het vervangen voor de nacht
zodat ik niet hoef te voelen
omdat ik droom, gedij
in omwentelingen en het dekbed
Over me heen als een trekker
en proef het rubber, als kauwgom
de buitenkant van mijn handen
gebruiken als rupsbanden
en graven, in mij, diep in mij
als een bolletje wol die wordt uitgerold
Maar alles wordt gewoon een hechting
waar je naar kijkt maar het niet ziet
omdat ik verdwijn
de punt die zich nestelt in het vlees
als een distel die knapt
Waar eindigt het goed en begint het kwaad
als je er meer over kan zeggen dan leegte
een scharnier die je vindt
tussen de wit en zwarte schakeringen
als residu, als je slaapt
als de schuifspanning van een schaar