Shortread

Onaangedaan

Wind blaast langs mijn gezicht terwijl het geel met blauw gekleurde voertuig voorbijraast. Het dondert weg op de ijzeren rails en ik zie weer wat erachter staat. Grijze tegels, grijze palen, bruine bankjes met figuren in donkergekleurde kledij, allemaal wachtend op hetzelfde als ik. Tussen de bankjes in staan borden met felle kleuren, ’Nu: Hak producten, twee plus een gratis!’, ‘Een Samsung Galaxy s7 voor maar 50 euro per maand!’, ’Stap nu over naar Nuon en krijg een gratis Ipad!’, allemaal bieden ze  iets aan, willen ze iets van mij , zoals altijd. Weer vult het geluid van geraas mijn oren, deze keer gevolgd door een roestig gekrijs. Weer vult geel en blauw mijn beeld, een deur die sissend openschuift. Ik denk even ergens aanterwijl ik instap en op de plastic stoel naast de deur in elkaar zak. Ik pak mijn telefoon, druk op het scherm en druk de rubberen oortjes in mijn oorschelpen. ‘Waiting for the world to change…’ zijn de woorden die, vergezelt door muziekklanken, door mijn hoofd zweven. Ik kijk naar buiten en zie hoe de grijze tegels langzaamaan me voorbij beginnen te bewegen. Ik sluit mijn ogen, wanneer was de laatste keer dat al die berichten me echt iets deden? In mijn gedachten zie ik een kleine jongen met een blauwe jas, grijze wanten, een grijs mutsje en een felrode sjaal. Hij kijkt met grote bruine ogen naar een bord met een heel grote rode worst in een lichtbruin broodje. Ik glimlach.
Ik luister naar noten van de muziek en voel hoe de wereld om mij heen langzaam vervaagt. Net voordat ik mezelf helemaal onderdompel in deze wazige zee hoor ik een robotachtige stem door mijn muziek heen praten: ‘Het volgende station is…’. Ik sta op, open de deur met een druk op de knop, zet een stap op de grijze stoeptegels en begin te lopen in de richting van de trap.

Rood, geel, bruin, mijn zicht is gevuld met herfstkleuren. Ik luister en hoor geritsel, gefluit en het zachte, blazende geluid van de wind. Ik loop rustig tussen de met rood en geel begroeide stammen door, mijn voetstappen verschuiven met geknisper de bladeren op de grond. Ik beweeg mijn hoofd van kant naar kant, de kleuren en het gezang van vogels in me opnemend. Ik loop met rechte rug en armen langs mijn lichaam door.

Zwarte symbolen, strak geprint met rechte lijnen en perfecte punten. ‘’Dodelijke Amerikaanse schooldag…’’ Ik zet mijn tanden in een stuk brood, ze glijden erin en ik proef meteen de volle smaak van kaas en ham. ‘’Bloedbad in winkelcentrum…’’ ik kijk weg van de met zwart bestrooide witte bladzijden, richting het raam. Felle lichtstralen schijnen tussen de roodgekleurde bladeren door, recht in mijn ogen. Ik pak de warme glazen mok van tafel, laat een warme vochtstroom door mijn keel glijden en lees weer verder. ‘’ING schandaal…’’ ik hoor de deur opengaan, voetstappen, een doffe bonk van iets dat op de grond word gezet. ‘Ik ben thuis’ mijn moeder loopt mijn gezichtsveld binnen ‘Ik ga even een eitje bakken, wil jij er ook een?’. Ik knik ‘graag’

Ik zie, ik kijk, ik registreer. ‘…een zwarte dag vandaag in Duitsland, waar een aanslag is gepleegd…’ Ik luister, ik hoor. ‘…nog steeds houd de vluchtelingenstroom uit Syrië aan…’ Een krak, een sis, mijn moeder maakt een ei klaar, ik demp de tv en pak mijn telefoon. Ik druk mijn vinger op het groene icoontje en de gitaarklanken beginnen te galmen door mijn oorschelpen. Kleuren  combinaties dansen op de muziek, zwart, geel, rood, blauw… Mijn grijze gevoel wordt overspoeld door een stroom van emoties. Een stem vol overtuiging zingend, een beeld vol kleur of gevuld met de afwezigheid daarvan, ik voel mijn ogen vochtiger worden. Ik stel me een veld voor met een grote muur, aan de ene kant zitten wolken van getallen, gehuld in grijstinten. Aan de andere  kant is alles zo overdreven kleurvol en fel dat je er niet recht naar kan kijken, alsof er een veelkleurige rivier stroomt die niet luistert naar de wetten der zwaartekracht. Op de melodie flitsen er een paar kleuren op in het grauwe veld. Ze dansen sierlijk naar de kleurige kant waar ze een heel tumult veroorzaken. Dat is  het, denk ik, terwijl ik mijn ogen open en naar de muur boven de televisie staar, om emotie op te wekken is een emotionele boodschap nodig, geen koude cijfers. Ik sta langzaam op en loop naar de keuken, de geur van gebakken eieren vult mijn neusgaten.

 

Ontdek meer van Dwarslopers

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Doorlezen